Belangrijk verschil: een asteroïde is een groot stuk rots dat rond de zon draait. Asteroïden zijn ook bekend als planetoïden of kleine planeten. Een meteoor daarentegen verwijst naar de lichtflits die een interplanetair puin volgt wanneer het onze atmosfeer binnenkomt. Meteoor is niet het puin zelf, maar de lichtflits veroorzaakt door het puin. We verwijzen vaak naar meteoor als vallende ster of vallende ster.
Beide asteroïden en meteorieten zijn objecten in de ruimte. Een asteroïde is een groot stuk rots dat rond de zon draait. Vandaar dat asteroïden effectief deel uitmaken van ons zonnestelsel. Asteroïden zijn ook bekend als planetoïden of kleine planeten. De term minor planet heeft eigenlijk de voorkeur in wetenschappelijke gemeenschappen.
De meeste asteroïden maken deel uit van de asteroïdengordel die zich tussen de banen van Mars en Jupiter bevindt. De asteroïdengordel bestaat uit tienduizenden asteroïden. Het zijn over het algemeen rotsen met een hoog metaalgehalte maar geen atmosfeer. De afmeting van een asteroïde kan variëren van enkele meters breed tot honderden km breed. Ze zijn kleiner dan planeten, maar zoals planeten hebben sommigen zelfs hun eigen manen.
Soms is het vallende puin een asteroïde die van de grond is geraakt en wordt ingehaald door de zwaartekracht van de aarde. Meestal is het object echter een meteoroïde. Een meteoroïde is een puin in het zonnestelsel. De grootte van een meteoroïde kan variëren van de grootte van een zandkorrel tot een deeltjesblok van 70 kg (100 lb). Wanneer deze meteoroïden de atmosfeer van de aarde binnenkomen, veroorzaken ze een meteoor, dat wil zeggen een spoor van licht, dat we een vallende of vallende ster noemen. Meestal raakt de meteoroïde in het proces verbrand. Als de meteoroïde overleeft en landt op het oppervlak van de aarde, of delen ervan, worden ze aangeduid als meteorieten.