Belangrijkste verschil: stalactieten worden gevonden hangend aan het dak van de grot. Stalagmieten worden vanaf de grond gevormd en zijn puntige figuren die uit de grond opstaan.
Stalactiet en stalagmiet zijn te vinden in grotten, meestal in kalksteen. Deze zijn erg belangrijk in geografische studies en helpen bij het dateren van gesteenten en mineralen. Deze twee zijn erg gewild bij ontdekkingsreizigers. Een voorbeeld van HowStuffWorks helpt begrijpen waarom het belangrijk is om het verschil tussen beide te begrijpen. Twee ontdekkingsreizigers zoeken een donkere grot die mineralen gebruikt voor onderzoek. Ze komen naar een gebied dat nog niet door een mens is ontdekt. Ze zijn voorzichtig om niets aan te raken om ervoor te zorgen dat het gebied niet wordt vervuild. Eén ontdekkingsreiziger, die de schoonheid van rotsen en glinsterende mineralen bewondert, neemt verstrooid een stap. De andere ontdekkingsreiziger schreeuwt: "Pas op voor die stalagmiet!" De eerste ontdekkingsreiziger kijkt op, maar maakt een fout door een stalagmiet en een stalactiet te verwisselen; hij zet een stap en breekt de stalagmiet op de grond. Hij raakt besmet met het gebied, wat de resultaten zou kunnen veranderen. Daarom is het belangrijk om de verschillen tussen de twee te begrijpen.
Stalactieten en stalagmieten zijn afzettingen van mineralen die zich vormen in grotstructuren en die zich aan de binnenkant van een grot bevinden. Ze worden vaker aangetroffen in kalksteengrotten. Stalactieten worden gevonden hangend aan het dak van de grot, vergelijkbaar met ijspegels. Stalagmieten worden van de grond af gevormd en zijn puntige figuren die uit de grond opstijgen en lijken op verkeerskegels.
Stalactieten en stalagmieten zijn afgeleid van het Griekse woord 'stalassein', wat 'druipen' betekent. Dit komt omdat ze algemeen nat zijn en er water uit druipt. Beide structuren zijn samengesteld uit calciet. Calciet bestaat uit calcium- en carbonaationen en staat bekend als calciumcarbonaat. Wanneer water over een grot valt, sijpelt het door rotsen en neemt sedimenten op uit kalksteen en koolstofdioxide. Een combinatie van calciumcarbonaat, koolstofdioxide en water resulteert in een mineraal dat bekend staat als calciumbicarbonaat. Het calciumbicarbonaat komt in de rotsen terecht en druipt door het dak van de grot, waardoor calcietafzettingen achterblijven. De afzettingen blijven dan een stalactiet vormen. De stalactiet druppelt dan het water op de grond, waar het druipende water calcietafzettingen achterlaat op de grond. Deze afzettingen blijven op elkaar stapelen en resulteren in heuvels die uit de grond komen en stalagmieten vormen. Stalactieten en stalagmieten vergt eeuwen om te maken.
Een gemakkelijkere manier om het verschil tussen de twee te onthouden, is onthouden dat stalactiet een 'c' heeft, vergelijkbaar met ijskegel, die ook aan de bovenkant hangt. Terwijl een stalagmiet een 'g' heeft, die ook wordt gevonden in het woord 'grond'. De 'g' in de stalagmiet kan worden gebruikt om te onthouden dat ze op de grond te vinden zijn.