Belangrijk verschil: 'Oefening' wordt gebruikt als zelfstandig naamwoord. 'Oefening' wordt gebruikt als een werkwoord.
Veel mensen geloven dat het woord 'oefenen' een spelfout is van 'oefenen'. Ze slagen er niet in om te erkennen dat het allebei juiste woorden zijn. Ze klinken hetzelfde en zien er zelfs hetzelfde uit, behalve dat de ene is gespeld met een 'c' en de andere met een 's'. De context waarin ze worden gebruikt, verschilt echter.
In het Brits-Engels is er een klein verschil tussen de twee woorden. 'Oefening' wordt gebruikt als zelfstandig naamwoord, terwijl 'oefenen' wordt gebruikt als een werkwoord. In het Amerikaans-Engels wordt alleen 'oefenen' gebruikt en 'oefenen' is niet aanwezig. Volgens het Amerikaans-Engels wordt 'oefenen' zowel als zelfstandig naamwoord als als werkwoord gebruikt.
Volgens het Brits-Engels wordt het woord 'oefenen' als een werkwoord gebruikt. Het wordt gebruikt in de betekenis van 'herhaaldelijk iets doen om iemands vaardigheid te verbeteren'. Het duidt iets gedaan aan om perfectie te bereiken. Ik oefen bijvoorbeeld regelmatig met gitaarspelen.
Het woord 'oefenen' wordt echter gebruikt als zelfstandig naamwoord. Het wordt gebruikt in de zin van 'iets dat regelmatig wordt gedaan of wordt uitgevoerd'. Het verwijst naar de handeling zelf, niet naar iemand die iets doet. Ik moet bijvoorbeeld de praktijk van de dokter bezoeken.
Een eenvoudige manier om te onthouden wanneer je welk woord moet gebruiken, het is 'oefenen' en 'oefenen'. Vergeet niet dat oefenen perfect is, dus het is goed om te oefenen.
Voorbeelden van 'oefenen':
- Oefening baart kunst.
- Je hebt meer oefening nodig.
- De dokter hoopt een behoorlijk goede praktijk op te bouwen.
- De praktijk van de wet.
- Een harde theorie om in de praktijk te brengen.
- Het is hun gewoonte om jaarlijkse verhogingen te geven.
- Kom je vanavond naar de voetbaltraining?
- Mijn zangpraktijk is de laatste tijd wat laks geweest.
Voorbeelden van 'oefenen':
- Waarom beoefen je niet wat je predikt?
- Je zou meer moeten oefenen.
- De dokter is van plan om medicijnen te gaan beoefenen in Yorkshire.
- Ze beoefent de viool elke dag.
- Ik moet mijn Engels oefenen.
- Ze oefenen voor de Olympische Spelen.
- John is aan het golfen.